Aalsmeer – Het college van burgemeester en wethouders heeft op 22 mei de Kadernota 2025 aangeboden aan de gemeenteraad. Op 4 juli staat deze Kadernota op de agenda van de gemeenteraad. Met het vaststellen hiervan geeft de gemeenteraad, via de algemene beschouwingen, richting aan de plannen en doelen voor de komende jaren en geven zij aan hoeveel geld er mag worden uitgegeven en waaraan. Definitieve besluitvorming daarover vindt plaats bij de programmabegroting 2025.
Wethouder financiën, Sven Spaargaren: “We staan dit jaar voor grote investeringsbeslissingen, zoals bijvoorbeeld een nieuw zwembad, investeringen in de brandweerkazerne en vijf kunstgrasvelden. We staan tegelijkertijd ook voor besparingen omdat we minder geld krijgen van de Rijksoverheid. We moeten dus, juist nu, bewuste keuzes maken om Aalsmeer financieel gezond te houden. Over al deze verschillende keuzes neemt de gemeenteraad op 4 juli een standpunt in. Ondanks alle uitdagingen waar wij mee geconfronteerd worden zien wij als college nog steeds mogelijkheden om te kunnen investeren in belangrijke kernvoorzieningen voor Aalsmeer. Daar blijven wij ons voor inzetten.”
‘Knip’ en Raadhuisplein
In de Kadernota 2025 adviseert het college van B&W de gemeenteraad over de kaders die zij kan hanteren voor het opstellen van de begroting. Dit gaat zowel over investeringsbeslissingen als ook over hoe de gemeente de komende tijd financieel gezond kan blijven. Het college legt op 4 juli de gemeenteraad keuzemogelijkheden voor. Naast een nieuw zwembad, investeringen in de brandweerkazerne en vijf kunstgrasvelden wordt er ook geld gereserveerd voor aanpassing van de Burgemeester Kasteleinweg en de knip. De gemeenteraad heeft in een motie aangeven dat de hele Uiterweg (fase 3) vernieuwd moet worden. Het blijkt dat de ondergrondse infrastructuur en de fundering van de weg nog in goede staat is. Daarom stelt het college voor om geen grote reconstructie te doen maar alleen herstel van het wegdek en het trottoir. Voor de plannen voor de herinrichting van het Raadhuisplein inclusief rotonde stelt het college voor om deze niet uit te voeren, maar wel het Raadhuisplein een upgrade te geven. Door het op te hogen, meer te vergroenen en de realisatie van laadpunten voor elektrische auto’s. Hiermee wordt veel geld bespaard maar worden wel de belangrijkste herstelmaatregelen en extra vergroening uitgevoerd.
Belastingen
Het college stelt voor in overeenstemming met de eerdere wens van de gemeenteraad de verhoging van de waterverblijfsbelasting voor recreanten, die geen inwoner zijn van Aalsmeer, uit te voeren. De waterverblijfsbelasting wordt daarmee gelijkgetrokken met de “normale” toeristenbelasting. Ook adviseert het college de gemeenteraad om de hondenbelasting af te schaffen en voor deze gemiste inkomsten de Onroerend Zaak Belasting (OZB) te verhogen. Verder stelt het college voor om het gebruikersdeel van de OZB voor niet-woningen (zoals bedrijfspanden) geleidelijk af te schaffen en gelijktijdig het eigenarendeel budgetneutraal te verhogen. Daarnaast stelt het college voor besparingen door te voeren.
Minder geld van Rijk
De taken die de Rijksoverheid bij gemeenten heeft ondergebracht zonder daar een passende vergoeding tegenover te stellen (Jeugdzorg, WMO, Omgevingswet), zorgen voor tekorten in de op te stellen begroting 2025. Daarbovenop komt de korting door de Rijksoverheid op de gemeente-inkomsten vanaf 2026 (‘financieel ravijnjaar’). Voor Aalsmeer betekent dit dat zij ca. € 2,5 miljoen per jaar minder krijgt. Dit is ongeveer 5% van het geld dat de gemeente van de Rijksoverheid ontvangt. De Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG) is namens alle gemeenten al een paar jaar in gesprek met het Rijk over een uitvoerbare en adequate financiering van de gemeenten. Tot nu toe heeft het Rijk dit voor een beperkt deel gecompenseerd met incidentele bijdragen en staan gemeenten voor grote financiële beslissingen. Het recent afgesloten regeerakkoord geeft op dit moment nog geen duidelijkheid waar gemeenten langere termijn op mogen rekenen. In lijn met de unaniem aangenomen motie van de raad ‘Zonder knaken geen taken’ beoordeelt de gemeente de komende periode voor welke taken die zij in opdracht van de Rijksoverheid uitvoert (medebewindstaken) onvoldoende geld ontvangt. Taken waarvoor onvoldoende geld beschikbaar wordt gesteld, zullen aan de gemeenteraad voorgesteld worden om bijvoorbeeld deels of geheel niet meer uit te voeren in lijn met het advies van de VNG.
Compleet financieel beeld
Op de agenda voor de gemeenteraad op 4 juli staan ook andere financiële stukken zoals de Jaarstukken over 2023, de eerste bestuursrapportage 2024 en het MPP. Op deze manier heeft de gemeenteraad een volledig beeld over de financiële zaken van de gemeente. Met de Jaarstukken 2023 legt het college verantwoording af over de resultaten van het gevoerde beleid, zowel financieel als qua doelstelling. Het jaar is afgesloten met een positief resultaat van ca. € 12 miljoen. Dit positieve resultaat is vooral het gevolg van incidentele middelen waarover het Rijk pas heel laat in het jaar heeft gecommuniceerd. Over wat het college in 2023 heeft gedaan komt binnenkort een ‘Jaarrekening in één oogopslag’. In de 1e Bestuursrapportage 2024 geeft het college aan of de uitvoering van plannen voor dit jaar nog op koers ligt of dat bijstelling op gebied van prioriteiten of financiën nodig is.
Vergaderingen beginnen om 20.00 uur, zijn openbaar toegankelijk en daarnaast te volgen via de website van de gemeente: Beeldvormende commissie Maatschappij en Bestuur van 6 juni 2024 en Raadsvergadering van 4 juli 2024